Samenvatting van het artikel “De drie
mechanistische perioden van de westerse cultuur”
In
de geschiedenis van het westerse denken hebben vooral drie mechanische
metaforen een leidende rol gespeeld, namelijk die van het uurwerk, die van de
stoommachine en die van de computer. Het uurwerk werd omstreeks 1280
uitgevonden en werd in de eeuwen daarna een symbool van ordening en discipline.
Toen
omstreeks 1600 het mechanistische denken opkwam (Kepler,
Galilei, Descartes) ging
men enigszins anders tegen het uurwerk aankijken en het werd een symbool voor
het zeventiende eeuwse denken. Een belangrijk kenmerk
van dit denken was dat men de werkelijkheid zag als opgebouwd uit losse, in
elkaar grijpende onderdelen.
De tweede leidende mechanische metafoor
was die van de stoommachine. Deze ontstond toen omstreeks 1830 de eerste
spoorlijnen werden aangelegd. Duizenden en later miljoenen mensen zagen dat een
trein in beweging kwam doordat de machinist moeiteloos de handle
van de stoomregulateur overhaalde en vervolgens de druk van stoom de trein in
beweging bracht. Er ontstond een nieuw causaliteitsmodel waarin
onderscheid werd gemaakt tussen een instantie die een blinde stuwende energie
levert en een instantie die deze energie reguleert. Dit model kreeg een enorme
invloed en werd onder andere toegepast in de fysiologie (Budge), de psychiatrie
(Carpenter, Griesinger) en de filosofie
(Schopenhauer: de “wil”). Het bleef langdurig doorwerken in de psychiatrie (Freud) en de ethologie (Lorentz).
De derde leidende mechanische metafoor,
die van de computer, kwam op omstreeks 1950. De interesse verschoof van energie
naar informatie en men begon de mens op te vatten als een informatieverwerkend
systeem. De overheersende driftenpsychologie en behavioristische psychologie
werden vervangen door cognitieve psychologie. Naar het zich laat aanzien
voltrekt de invloed van de computermetafoor zich in twee golven. Tijdens het
enthousiasme van de eerste golf werden er tal van theorieën
ontwikkeld in de geest van “de mens als informatieverwerkend systeem”. Het ziet
er naar uit dat dit aanvankelijke enthousiasme momenteel (1984) enigszins aan
het tanen is. Maar de tweede golf moet nog komen. Hoe zal het denken van de
brede massa worden beïnvloed als er miljoenen mensen dagelijks met computers
werken?
In het laatste deel van dit artikel wordt
de invloed van de drie genoemde metaforen op het denken weergegeven in een
schema.